Hierdoor vertonen studenten uitstelgedrag

Datum: 22 augustus 2017
Auteur: Liza Peeters

“90% van alle studenten zakt voor hun eerste project. We geven ze daarom veel feedback bij het eerste inlevermoment, zodat ze het bij het tweede inlevermoment in ieder geval halen. ”

Uitstellen

Is bovenstaande situatie herkenbaar voor jullie opleiding? Grote kans dat alle goede bedoelingen juist leiden tot uitstelgedrag van jullie studenten. In dit praktijkvoorbeeld van afgelopen jaar gaven studenten aan de eerste kans vooral te zien als feedbackmoment.

Cohen-Schotanus (2012) heeft veel onderzoek gedaan naar de kwaliteit van toetsing. Als psycholoog is zij zeer geïnteresseerd hoe toetsing het gedrag van studenten beïnvloedt. Uit onderzoeken blijkt dat de combinatie van de volgende vier maatregelen nodig is om ervoor zorgen dat studenten slagen bij de eerste toetsgelegenheid:

  1. Het spreiden van de (deel)tentamens;
  2. Een strenge herkansingsregeling
  3. Verwachten dat de student nominaal studeert;
  4. Het invoeren van compensatiemogelijkheden;

Eerder ging ik in mijn blog ‘Een snelle manier om van luie studenten af te komen” al in op het spreiden van de (deel)tentamens. In deze blog ga ik verder in op de maatregel “een strenge herkansingsregeling”.

 

Een strenge herkansingsregeling

Als we veel herkansingen aanbieden, maken studenten daar gebruik van. Studenten leveren producten in voor feedback of gaan naar de toets om vragen te verkennen. Oftewel: studentengedrag wordt veroorzaakt door wat de opleiding organiseert. Een herkansing moet een zeer onaantrekkelijke optie zijn voor studenten. Door strenge herkansingsregels, maak je het onaantrekkelijk om de voorbereiding van een tentamen uit te stellen. Voorwaarde is wel dat de kwaliteit van de toetsen geëvalueerd wordt, zodat er geen onterechte onvoldoendes vallen (Cohen-Schotanus, 2012).

 

Toepassing

Wat kun je doen om dit strategisch gedrag van studenten positief te beïnvloeden?

  1. Er is een beperkt aantal hertentamenperioden (Jansen, 1996; van der Drift en Vos, 1987). Denk daarbij aan één of twee gelegenheden per studiejaar. Hoe vaker de student een tentamen kan herhalen, hoe lager het rendement.
  2. Hertentamens zijn ver van de ‘eerste kans’ gepland om uitstelgedrag te verminderen (Ruijter & Smit, 1995).
  3. De hertentamenperiode vindt plaats buiten de reguliere onderwijsperiode om. Herkansingen tijdens de onderwijsperiodes leiden tot concurrerende belangen, waardoor studenten de onderwijsactiviteiten minder goed voorbereiden (Jansen, 1996). Denk bijvoorbeeld aan herkansingperiodes na de kerstvakantie, voorjaarsvakantie of zomervakantie.
  4. Deeltentamens geïntegreerd herkansen. De geïntegreerde herkansing bestaat dan uit één tentamen, in plaats van de verschillende te herkansen deeltentamens.

Bronnen

Bruijns, V., Kayzel, R., MOrsch, I, Ruis, P. (2014). Leidraad studeerbaar en robuust onderwijs.

Cohen-Schotanus, J. (2012). De invloed van het toetsprogramma op studiedoorstroom en studierendement. In: Berkel, H. van, Jansen, J., Bax, A., Studiesucces bevorderen: het kan en is niet moeilijk. (65-77)

Jansen E.. (1996). Curriculumorganisatie en studievoortgang. Een onderzoek onder zes studierichtingen aan de Rijksuniversiteit Groningen. Groningen: Proefschrift, GION

Ruijter, C. & Smit, N. (1995). Effecten van onderwijsprogrammering op studeergedrag. OC-bulleting 35. Onderwijskundig Centrum Universiteit Twente

Van der Drift, K.D.J.M. en P. Vos (1987). Anatomie van een leeromgeving. Een onderwijseconomische analyse van universitair onderwijs. Academisch proefschrift. Lisse: Swets en Zeitlinger.

Up-do-date blijven?

Ontvang onze nieuwsbrief

Schrijf je in
2 Reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *